Kinderen in de groepen 1 en 2 van de basisschool moeten meer en onbekommerd kunnen spelen, zonder dat leerkrachten daar altijd een doel bij stellen. Scholen hebben echter steeds minder oog voor ‘vrij spel’. Dat herken ik wel als ik kijk naar mijn eigen kinderen. Ze moeten maar van alles en nogwat… Onzin! Ze leren ook en misschien wel juist van lekker spelen! Dat concludeert orthopedagoge Louise Berkhout op basis van een onderzoek waarop zij 4 juli promoveert aan de Rijksuniversiteit Groningen. Taal en rekenen zijn speerpunten in het onderwijs in groep 1 en 2 geworden, terwijl er een afnemende kennis is over het belang van spelen, stelt Berkhout. „Kinderen moeten minstens een paar uur per dag vrij kunnen spelen.”
Lees ook:Beschermende ouders maken asociale kinderen
Lees ook:Zwangeren vaak te laat bij verloskundige
Lees ook:Getalenteerde sportievelingen vaker dan gemiddeld naar VWO
Lees ook:Eerste schooldag kleuter kan levensbepalend zijn…
Lees ook:Asielkinderen hebben later grote kans op emotionele problemen
Te vroeg met taal en rekenen beginnen kan zelfs contraproductief zijn. Testen voor kleuters, wie bedenkt zoiets? Laat kinderen zo veel en zo lang mogelijk (buiten) spelen. Goed voor hun motorische ontwikkeling en uiteindelijk ook voor hun leerprestaties. Oude wijn in nieuwe zakken. Wel goed dat dergelijke “oude” wijsheden weer eens uit de kast worden gehaald.
Ook moeten de kinderen veilig naar school kunnen fietsen. Door goede en veilige fietsroutes aan te leggen kunnen gemeenten zorgen dat kinderen veilig naar school kunnen fietsen en tegelijkertijd goede beweging krijgen.